De crash gebeurde in een vrij scherpe bocht. “Het ging niet eens zo hard. Ik remde aan voor de bocht, de auto onderstuurde en gleed weg, rechtdoor het ravijn in,” vertelt Van Loon bij de finish van de proef, met de schrik nog in de benen. “We zijn zo’n zes meter naar beneden geschoten. Gelukkig is de auto niet gaan tollen en bleef ‘ie op de wielen. Daardoor is de schade beperkt gebleven. De voorbumper en de band rechts achter liggen eraf, maar verder valt het zo op het eerste gezicht mee.”
Omstanders schoten Van Loon en Rosegaar meteen te hulp en met vereende krachten werd de Mini uit het ravijn gewerkt. “Met takken en stenen en met alleman duwen en trekken. We zijn met een man of twintig, dertig aan het martelen geweest om de auto weer boven te krijgen. Daarna zijn we heel voorzichtig naar de finish gereden. Doodzonde, want het ging super. Niemand is ons voorbij gekomen en wij zaten vlak achter Martin Prokop. We hadden een geweldig resultaat kunnen boeken vandaag. Nu wordt het toch weer een moeilijk verhaal. Het tijdverlies valt me nog mee. Ik had het idee dat het veel meer was, dat we wel een half uur in dat ravijn hebben staan worstelen.”
In het voorlopige klassement na afloop van de etappe van Termas de Rio Hondo naar Jujuy zakte Van Loon naar de achttiende plaats.